Neoliberalisme en energie
Ik kwam bij een speurtocht op het internet toevallig een column uit, ik dacht, 2009 van Riet
de Wit tegen, toen wethouder namens de SP, waarin zij van leer trok tegen de
privatiseringsgolf die in Nederland al een tijd aan de gang was. Ik ben het zeker niet altijd
eens geweest met de opvattingen van Riet de Wit, met name het onzaligmakende verdeel
en heers tussen stad en regio, maar haar pleidooi uit 2009 is actueler dan ooit. Sinds de
denkbeelden van neoliberale economen door Thatcher in Engeland en Raegan in de VS begin
jaren tachtig heilig en onontkoombaar werden verklaard, werd marktwerking, concurrentie,
individualisme en vooral een terugtredende en effectievere overheid in de Westerse wereld
gemeengoed. Ook in Nederland. Het gevolg was dat overal de kroonjuwelen van de
verzorgingsstaat rap werden afgebroken en geprivatiseerd. De markt kan dat veel beter
tegen lagere kosten, door concurrentie. Was het idee. Het werd allemaal in de verkoop
gedaan of op gepaste afstand gezet. Voorbeelden van in het oog springende privatiseringen
zijn de PTT, DSM, NS, Hoogovens, de Postbank, KLM, de Nederlandse Investeringsbank,
Nozema, PinkRoccade, de Staatsdrukkerij en Uitgeverij (Sdu), Nuon en Essent. Ook de
energievoorziening dus.
In de 20e eeuw werd gas en elektriciteit nog geleverd door de nutsbedrijven van de overheid.
In 1998 werd de Nederlandse energiemarkt op last van de EU geprivatiseerd en
geliberaliseerd met de Gaswet en de Elektriciteitswet. Op 1 juli 2004 was iedereen vrij om
een energieleverancier te kiezen en de consument mag dan wel rekenen op
leveringszekerheid. So far so good. Waar men destijds met het vrij verklaren van verkeer van
kapitaal, goederen, diensten en mensen binnen de EU, marktwerking dus, geen rekening
mee hield was de hebzucht van het kapitaal. Dat spook kwam in 2008 ook pijnlijk aan het
licht in de bankenwereld. Maar energie dan? Ook daar zit een veelkoppig monster en de
hebzucht van het kapitaal goed ingebakken, niet in het laatst gefaciliteerd door het
Groningse gas als pinautomaat van Nederland.
Wat heeft de liberalisering van de energiemarkt nu gebracht? In de vorige eeuw had je zoals
gezegd nutsbedrijven. We kennen hier allemaal nog Limagas en de PLEM voor elektriciteit.
De laatste was zo ingeburgerd dat een bekende mop als volgt ging: Jehova’s bellen aan bij
een gezin. Zoon doet de deur open en vraagt waarmee hij kan helpen. Jehova’s zeggen: “wij
komen U het Licht brengen”. Waarop de zoon het huis in toetert: “Máááám, de PLEM staat
voor de deur!”. Er was duidelijkheid voor de consument. Één leverancier voor gas en één
voor elektriciteit, met gemaximeerde prijzen.
In 1992 gefuseerd tot Mega Limburg ging dit in 1999 weer op in Essent. In 2006 komt er de
Splitsingswet waarbij productie, transmissie en distributie gesplitst worden. Het gas- en
elektriciteitsnetwerk van Essent wordt Enexis en blijft in handen van provincies en
gemeenten, TeNNet krijgt het Nederlandse hoogspanningsnetwerk. In 2009 doet het Duitse
RWE een bod van 9,3 miljard op de slecht presterende energieleverancier Essent. RWE
wordt later weer Innogy. ………Volgt U het nog?
Er zijn sinds de privatisering en de liberalisering van de energiemarkt een paar
ontwikkelingen waarvan iedereen profiteert. Behalve de consument.
1. Sinds 2004 is de energiemarkt zo ondoorzichtig als maar wat en de energiemarkt
doet er alles aan om dat voor de consument vooral zo te houden. In 2006 waren er 9
leveranciers, in 2020 61. Er is daardoor een gevecht om de consument ontstaan.
Jaarlijks wisselen 1,6 miljoen huishoudens van energieleverancier. Gelokt met
zogenaamde lage prijzen en welkomstbonus. Vaak gelokt door vergelijkingssites, collectieve inkoop, ontzorgers zoals de Vastelastenbond die surfen op de
complexiteit van de markt en de angst van burgers die het niet meer kunnen volgen.
Iedereen verdient eraan dus. En wie denken jullie dat dat betaalt?
2. Van die 61 leveranciers vallen er met de gestegen energieprijzen nu elke week wel
weer eentje om? Hoe kan dat? Of ze werken te veel met geleend geld, of ze
speculeren met de inkoopprijzen van energie. Als het dan tegenzit op de markt, zoals
nu, dan komt de solvabiliteit van deze bedrijven in de gevarenzone en vallen ze dus
om. De gevolgen kennen we. Door de wettelijke leveringszekerheid krijgen mensen
wel nog altijd energie, anders zou de pleuris helemaal uitbreken, maar hun gunstige
contract zijn ze kwijt, hun voorschotten voor de winter ook en zij betalen dus de
hoofdprijs voor het gespeculeer voor de aandeelhouders.
3. Tja, en dan die leveringszekerheid. Die energieleveranciers kopen door de hoge
marktprijs nu te weinig in en de voorraden voor de winter zijn historisch laag. Als
deze winter eens heel streng wordt? Dat wordt dan een dingetje. Het besef dringt nu
door. De gasvoorraden hadden nooit aan de markt overgelaten mogen worden.
4. Iedereen weet dat gemeenten en Provincie in Limburg met de verkoop van Essent
flink hebben gecasht. Limburg had 16,1% van de aandelen, dat is dus zo’n slordige 1,5
miljard. De Provincie toucheerde meen ik zo’n 1 miljard en de gemeenten de rest.
Wie denken jullie wie dat geld, door RWE betaald, moet opbrengen? Alle klanten van
Essent en dat waren er toen zo’n 500.000. Die zorgen ervoor dat de
bedrijfsresultaten voor de aandeelhouders leuk blijven. Zogezegd betaalt de
(Limburgse) consument dubbel: jarenlang aan de PLEM’s en de Limagas’en betaald
en dus het kapitaal opgebouwd en nu nog een keer betalen. En toen de Provincie
Limburg Mijnwater overnam en kapitaal erin pompte was de opmerking van Ger
Koopmans in de krant dat het op termijn wel in de markt gezet kon worden. Met
winst dus. Het kapitaal betaalt Mijnwater intussen met dikke rente aan het LEF (het
investeringsfonds van de Provincie) terug en maakt een fatsoenlijke businesscase in
de bestaande woningbouw voorlopig onmogelijk. In het nieuwe regeringsakkoord is
geld gereserveerd voor de onrendabele toppen van warmtenetten. Geld van de
belastingbetaler. Dus die betaald straks de rente van het LEF. Geen wonder dat Ger
Koopmans als gedeputeerde de portefeuille Financiën beheerde en voor de lol
Cultuur erbij nam. Met de provinciale Essentgelden is geld dus macht. Stem op het
CDA zou ik zeggen.
Dat ziet er dus niet rooskleurig uit. Schuldige: de neoliberale markt, de privatiseringen en de
liberaliseringen. Riet de Wit zag het aankomen in 2009. Hulde. Is er hoop? Ja. Mede door de
huidige crisis begint toch langzaam maar zeker het besef door te dringen dat dit niet meer
werkt. Chili, het eerste land waar het neoliberalisme met harde hand werd ingevoerd door
Pinochet, wil er nu met de jonge linkse president Gabriel Boric keihard van af. Mensen
begrijpen langzaam maar zeker dat de kloof in vermogens tussen de grote groep
minderbeelden en de kleine groep superrijken niet meer uit te leggen valt. Dat iedereen
profiteert van de marktwerking is een fabel. Kunnen we er iets aan doen? Jazeker. Dat
begint bij het besef dat 1.6 miljoen overstappers per jaar op de Nederlandse energiemarkt
niet normaal is en dat zolang onze Nederlandse overheid en de EU dit niet gaan veranderen
de enige optie is om het dan maar zelf te doen. Terug naar het nutsbedrijf en de markt
zoveel mogelijk buiten de deur houden. Het kan en het mag. Ook zonder de overheid als het
moet.